Een bewoner van het aquarium van Jan

In ons zeeaquarium zwemt een vis waar ik maar niet op uitgekeken raak. Het is de Salarius fasciatus. En hij doet zijn naam echt eer aan want fascinerend is hij zeker. Het lijkt of je echt contact met hem maakt. We zien hem vaak liggen op een van de koralen terwijl hij ons aan het opnemen is. Als we dichter bij de bak gaan staan, komt ie naar ons toe en het lijkt dan wel alsof hij een speciale show voor ons opvoert.

Vlak voor de ruit gaat ie dan “dansen” en soms is hij dan zo opgewonden dat hij helemaal van kleur schiet. Het is een echte kameleon. Fantastisch gezicht! Jammer genoeg heb ik er niets over kunnen terugvinden wat de werkelijke reden is dat ie dat doet.

Ook vindt ie het leuk om zich helemaal in een grote schelp te wurmen, waardoor alleen zijn prachtige kop nog zichtbaar is. Deze kop alleen is al zo fascinerend dat je blijft kijken. Op zijn kop heeft hij twee kwastjes die een beetje aan (duivels) oortjes doen denken en aan zijn bek, die groot en wit is, lijkt het net alsof er een snor aan hangt.

Ik wil hem dan ook graag aan jullie voorstellen en wat meer over hem vertellen: De Salarius fascinatus is een straalvinnige vissensoort uit de familie van naakte slijmvissen. De wetenschappelijke naam is voor het eerst gepubliceerd in 1786 door Bloch.

De Salarius fascinatus is een algenetende slijmvis waarvan belangrijk is dat ze in een goed draaiende bak komen met voldoende eetbare algen. Er wordt gesteld dat je deze vis niet samen moet houden met al te agressieve dieren of soorten die dezelfde habitat wensen. Maar in ons aquarium zwemt ook de Enchelyurus flavipes, die ook uit deze familie komt en ook erg dol is op algen, maar dat gaat uitstekend samen. Ze respecteren elkaars schuilplekken en wisselen ze soms zelfs onderling. Ook dit is waarschijnlijk apart omdat gesteld wordt dat de Salarius fascinatus er niet van houdt wanneer ze hun thuis moeten delen met andere algenetende soorten.

De Salarias fasciatus staat bekend als de super- populaire grasmaaier blennie. Hij komt voor in de Indo-Pacific, Afrika en in de Rode Zee tot Micronesië.

We hebben hem klein gekocht wat ook altijd wordt geadviseerd. In een groot aquarium is het aan te raden om hem te plaatsen in de buurt van rotsen om de beste kans te hebben op het creëren van een leefbare, rustige, stabiele, pikorde. In ons relatief kleine aquarium zitten overal rotsen, waar hij op kan liggen of achter kan verschuilen. Men stelt dat bij het houden van meer exemplaren er geheid ruzie zal ontstaan, dus hebben wij het dan ook maar op 1 exemplaar gehouden.

Bij de aankoop hebben we goed gelet dat hij niet te mager was omdat dat meestal duidt op het feit dat hij te lang honger heeft gehad. Gescheurde vinnen betekent niet dat ze gedoemd zijn dood te gaan omdat deze blennies snelle genezers zijn.

Maar het is wel van belang om goed naar de ogen te kijken dat ze niet troebel zijn en ook geen ontbrekende schubben en zweren op het lichaam ziet zitten. Let vooral goed op het gedrag, actief en onderzoekend zijn de kenmerken van een goed exemplaar. We hebben de Salarius fasciatus, net als onze andere zeewatervissen, bij onze adverteerder Verloop gekocht. En alle dieren zagen er en zien er nog steeds prachtig en gezond uit. Ook hebben we goed advies gekregen over welke vissen wel en welke beter niet bij elkaar gehouden kunnen worden.

De leefomgeving

Voortbordurend op de al genoemde eisen aan de leefomgeving, wordt er gesteld dat de afmeting en de leeftijd van je aquarium van groot belang is voor het bepalen van het succes. Aan te bevelen is een dunbevolkt aquarium van zo’n 300 liter met meer dan een paar kilo levend steen.. Je zult al snel merken dat ze een flink deel van de rotsen en de bodem opeisen als hun territorium. Een volwassen Salarias kan wel 10- 15 cm worden en wil dan graag een aquarium van 500 liter. Maar eerlijk gezegd hebben wij toch echt het gevoel dat hij het in ons aquarium van 175 liter uitstekend naar zijn zin heeft.

Gezelschap

Er wordt gezegd dat het van nature territoriale vissen zijn, die andere dieren van hun algenplekjes zullen verjagen (zowel andere soorten als exemplaren van hun eigen soort!). Maar zoals al eerder gezegd, ook daar merken we niet zoveel van. Eigenlijk past hij zich uitstekend aan bij de andere vissen en valt niemand lastig. Soms komt de andere blennie iets te dicht bij en verjaagt ie hem even, maar er is nooit echt ruzie. Wanneer men de slijmvis samen wil houden met bijvoorbeeld doktersvissen of kleinere konijnvissen die ook algenetend door je bak gaan, wordt wel aangeraden de Salarias als laatste te plaatsen.

Voedsel

Het zijn bij uitstek algenetende soorten maar let op: niet alle algen. Het overgrote deel van hun dieet bestaat uit groene draadalgen maar ook rode en bruine gaan er wel in. Ze eten echter niet alle typen: de bolletjesalgen (Valoniaceae) en de Cyanophytes laten ze links liggen. Men zegt dat het meest geprepareerde voedsel dat gebaseerd is op dierlijk materiaal door ze wordt genegeerd, maar ook dat is bij ons toch echt anders. Zodra het blokje diepvries voer van Artemi in de bak komt, zwemt hij er met heel veel enthousiasme naar toe en probeert al snel er wat van af te happen.

Naarmate een aquariumsysteem ouder wordt verschuift de samenstelling van zowel het microals macroleven. Dat betekent ook vaak het verlies van voedergewassen voor dergelijke grazers. Dat is het beste te zien aan een geleidelijk magerder worden van de algeneters, het eerst in de darmen maar later ook in de spiermassa. Dergelijke veranderingen kunnen snel optreden en dat betekent dan dat we moeten gaan bijvoeren met zinkende pellets of korrels waar veel algen inzitten. Als alternatief kunnen we ook gedroogde macro- algen voeren: denk aan Nori of Kombu-vellen. Die worden na enige gewenning goed gegeten. De echte “die-hards” die een zo natuurlijk mogelijk systeem nastreven kunnen natuurlijk ook stukken levend steen in een permanent belichte sump laten bealgen en die dan omruilen met kale stenen uit de bak.

Ziektes: preventie en genezing

Algenetende blennies zijn de belichaming van bedrijvigheid. Zij nemen alleen even rust wanneer ze overdag vanaf een vaste plek hun territorium overzien. Een slijmvis die al te rustig is, is meestal een signaal om de waterkwaliteit eens goed te inspecteren. Ze zijn gevoelig voor de meest bekende ziekten voor rifvissen en reageren goed op de normale behandelingen hoewel ze wel gevoelig zijn voor de juiste concentraties van geneesmiddelen. Dus wees voorzichtig met dosering en controleer de concentraties. De meest overdraagbare aandoeningen kunnen worden voorkomen door een quarantaine periode van twee weken voorafgaand aan hun plaatsing in het centrale systeem, waarbij de kenners een “zoetwaterdip” met methyleenblauw en een aangepaste pH adviseren.

Tenslotte

Wat ons betreft zijn het leuke, komische, sterke maatjes voor ons aquarium, waar we heel veel plezier van hebben. Een echte aanwinst!