Elke keer, als we in onze omgeving gaan wandelen, kijk ik of de pijlkruid bloeit zodat ik een mooie foto kan maken. Want ik vind de bloem hiervan zo mooi. Inmiddels is me dat al een paar keer goed gelukt. En tot mijn verbazing ontdekte ik dat ik nog nooit een artikel had gemaakt over deze plant. Hoog tijd dus om dit in te halen.
De Sagittaria sagittifolia werd als eerste beschreven door C. Linnaeus in 1753. Ook is hij bekend onder de synoniemen Saggitaria minor en Saggitaria aquatica.
Pijlkruid kan best groot worden,
met de bloeiwijze meegerekend
kan hij wel tot 125 cm worden.
Zijn biotoop is stilstaande ondiepe
wateren, zoals moerassen en
slootkanten maar deze plant is ook
uitstekend geschikt voor de vijver.
Hij is heel sterk, op voorwaarde
dat hij niet dieper dan 50 cm. of
in stromend water wordt geplant.
Ook al ziet men in de natuur dat
deze plant soms helemaal droog
staat zonder gevolgen voor de
plant, het wordt toch aangeraden
te zorgen dat dit eigenlijk niet kan
gebeuren. Het best wordt hij op
een diepte van 5-30 cm onder de
waterspiegel, enkele centimeters
in het bodemslijk, gepoot.
Eind mei kan men het ontstaan gadeslaan. Uit de winterknop (knol) komen lintvormige bladeren. Wanneer deze plant meer dan 50 cm. diep staat of de stroming te snel is, zal de plant niet verder ontwikkelen dan dit.
Maar als hij juist geplant is, ontstaan daarna ovale drijfbladeren. Later komen dan de driekantige blad- en bloemstengels boven water. En in juni, juli en augustus kunnen we dan genieten van zijn bloemetjes. Na de vorming van zaad en winterknoppen, sterven de bovengrondse delen af.
Het kan een paar jaar duren totdat de plant echt gaat woekeren. Maar wanneer dit teveel wordt, is deze eenvoudig in te dammen door er een stuk af te snijden/scheuren. Als bodem geeft hij de voorkeur aan leem of klei en zelfs eerder nog humusarm slijk. Het planten in containers of mandjes geeft slechte resultaten. Het pijlkruid staat het beste in de volle zon of op half beschaduwde plaatsen.
In het biotoop vermeerderd
deze plant zich door zaad en
winterknoppen. In de vijver
kan slechts zaad gevormd
worden, wanneer er meerdere
planten aanwezig zijn, i.v.m. de
noodzakelijke kruisbestuiving.
Dit komt doordat de mannelijke
bloemen pas rijpen nadat de
vrouwelijke bloemen bevrucht of
verwelkt zijn.
In de lente kunnen de oudere
planten worden gescheurd en
deze kunnen dan 5 cm diep in de
modderlaag worden uitgeplant.
In de handel zijn jonge planten pas eind mei voorradig. Belangrijk is om de plantplaats te merken om in de eerste twee ontwikkelingsfases verwarring met andere planten te voorkomen. Wees ook alert bij grote watervogels, deze roven soms de knollen.
In een diep aquarium (ca 60 cm) kan de kommervorm worden geplaatst en de rol van de, er sterk op lijkende, Valisneria of Luronium (waterweegbree) overnemen.